
Charlotte van Hout
Charlotte van Hout (Breda, 1984) studeerde Geschiedenis en Kunstgeschiedenis in Utrecht, en volgde daarnaast een aanstootgevend aantal creatieve cursussen. Ondanks de praktijkervaring met bijvoorbeeld gouacheverf, inkt en (acrylverf-)stift, maakt ze het eindresultaat vaak vrolijk op de tablet.
​
Ze tekent wel alles met de hand, en laat liefst zoveel mogelijk kronkelige lijntjes en andere ‘fouten’ staan. ‘Gummen is opgeven’, zei een grote denker ten slotte. Behalve digitale tekeningen, maakt ze ook digitale en analoge collages van beeld en tekst.
​
Het concept van een tekening, of het verhaal erachter, is voor mij meestal belangrijker dan het materiaal of de techniek. Ik ben gefascineerd door verhalen, en dan met name de verhalen die we onszelf (onbewust) vertellen. Willekeurige dagelijkse observaties vind ik ook fijn om vast te leggen. Ik probeer toeval een rol te laten spelen in mijn werk.
Er komt meestal vanzelf tekst bij mijn beelden. Een quote, een observatie, een vraag die ik goed vind, of iets volslagen absurds. Ik zie mezelf nu dan ook meer als ‘visuele doordenker’ dan als illustrator. Humor is voor mij heel belangrijk. Ik vind het geweldig als mensen in de lach schieten als ze mijn werk zien. Zelfs als het soms een een ‘boer met kiespijn’-lach blijkt.
Over het onderwerp ‘humor’ laat ze graag Herman Finkers aan het woord (uit de show ‘Geen spatader veranderd’). Want wie zegt het beter.
[…] ons hele leven hier op aarde – het is één groot mysterie – het is één grote onverklaarbare tegenstrijdigheid. Ja, dat zit nu één keer in ons mensen ingebakken dat wij dat niet zo goed kunnen hebben dat iets tegenstrijdig is. Daar kunnen we niet zo goed tegen. Maar ja, dat vind ik nou weer het mooie van humor. Want wat doet humor? Humor pakt juist twee tegenstrijdige zaken, die flink haaks op elkaar staan, koppelt die juist aan elkaar met een grapje. Je moet lachen, want de tegenstrijdigheid is even opgelost, klaar – de rest van de dag vrij.

Dus wat de wetenschap in eeuwen nog niet is gelukt, dat lukt de humor in een paar tellen. Dus de waarheid zit in humor, niet in het serieuze.
Dit meen ik niet serieus. Dat was maar een grapje. Ja, hé, want anders zou het niet waar zijn. Als ik zeg dat de waarheid zit in het niet-serieuze, is dat alleen maar waar als ik het niet meen – maar wel waar. Nou, u moet het trouwens niet serieus opvatten hoor, wat ik hier nu allemaal beweer, alstublieft nee, want ik meen het wel degelijk.














